bedrijf

Droge informatie, Welke factoren beïnvloeden de laskwaliteit?

Droge verlenging

Gasstroom L=[(10-12)d] L/min

De lengte van de draad die uit het geleidende mondstuk steekt, is de droge reklengte. De algemene empirische formule is 10-15 keer de draaddiameter L = (10-15) d. Hoe groter de standaard, hoe groter de standaard. De specificatie is hoe kleiner de standaard.

Te lang droog rekken: Wanneer de lengte van de lasdraad te lang is, hoe groter de weerstandswarmte van de lasdraad, hoe sneller de smeltsnelheid van de lasdraad. Dit kan gemakkelijk leiden tot het in stukken smelten van de lasdraad, spatten, een diepere smelt en een onstabiele boogontbranding. Tegelijkertijd is het gasbeschermingseffect niet optimaal.

Te korte droge rek: het geleidende mondstuk brandt gemakkelijk. Tegelijkertijd klemt het geleidende mondstuk gemakkelijk de draad vast wanneer het heet wordt. Spatten hebben de neiging om het mondstuk te verstoppen en diep te smelten.

Tabel 1 Overeenkomstige relatie tussen huidige en droge rek

Lasstroom (A) ≤200A 200-350A 350-500A
Droge rek (mm) 10-15 mm 15-20 mm 20-25 mm

Gasstroom

Gasstroom L=[(10-12)d] L/min

Te groot: genereert turbulentie, waardoor luchtinfiltratie en poriën ontstaan, vooral bij gasgevoelige materialen (zoals aluminiumlegeringen, magnesiumlegeringen, enz., die over het algemeen interne poriën hebben)
Te klein: slechte gasbescherming (u kunt verwijzen naar de grensvoorwaarden, wat betekent dat er geen beschermend gas is en er de neiging is om honingraatvormige poriën te vormen).

De windsnelheid wordt niet beïnvloed als deze ≤2m/s is.

Maatregelen moeten worden genomen bij een windsnelheid ≥2 m/s.

① Verhoog de gasstroom.

2. Neem winddichte maatregelen.

Let op: Wanneer er luchtlekkage optreedt, ontstaan ​​er luchtgaten in de las. Het luchtlek moet worden aangepakt en kan niet worden aangevuld door de stroomsnelheid te verhogen. Er is geen manier om de luchtgaten te repareren zonder ze te verwijderen. Het zal alleen maar meer lassen.

Boogkracht

Wanneer verschillende plaatdiktes, verschillende posities, verschillende specificaties en verschillende lasdraden worden geselecteerd, worden verschillende boogkrachten gebruikt.

Te groot: harde boog, grote plons.
Te klein: zachte boog, kleine plons.

Drukkracht

Te strak: De lasdraad is vervormd, de draadaanvoer is instabiel en er kunnen gemakkelijk draadblokkades en meer spetters ontstaan.

Te los: De lasdraad glijdt weg, de draad wordt langzaam doorgevoerd, de las is instabiel en er zal ook spetteren.

Stroom, spanning

Empirische formule voor de relatie tussen stroom en spanning bij gasbeschermend lassen: U=14+0,05I±2

De lasstroom moet correct worden gekozen op basis van de dikte van het basismateriaal, de lasvorm en de diameter van de draad. Probeer tijdens de kortsluitovergang een lage stroomsterkte te kiezen en zorg voor een goede penetratie. Een te hoge stroomsterkte kan er namelijk voor zorgen dat het oplosbad gaat rollen, waardoor er niet alleen veel spat, maar ook de vorm eronder te lijden heeft.

De lasspanning moet goed aansluiten op de stroomsterkte. De lasspanning is te hoog of te laag, wat spatvorming kan veroorzaken. De lasspanning moet toenemen met de toename van de lasstroom en afnemen met de afname van de lasstroom. De optimale lasspanning ligt over het algemeen tussen 1 en 2 V, dus de lasspanning moet zorgvuldig worden gecontroleerd.

De stroomsterkte is te groot: de booglengte is kort, de spat is groot, het gevoel van een bovenste hand is te groot, de resterende hoogte is te groot en de twee kanten zijn niet goed versmolten.

De spanning is te hoog: de boog is lang, de spat is iets groter, de stroomsterkte is instabiel, de resterende hoogte is te klein, de las is breed en de boog kan gemakkelijk verbranden.

Effecten van een hoge lassnelheid op het lassen

De lassnelheid heeft een belangrijke invloed op de kwaliteit van de binnenkant en het uiterlijk van de las. Bij een constante stroomspanning:

De lassnelheid is te hoog: de smeltdiepte, smeltbreedte en resthoogte worden verminderd, waardoor een bolle of bolle lasrups ontstaat en de tenen in het vlees bijten. Bij een te hoge lassnelheid wordt het gasbeschermingseffect aangetast en ontstaan ​​er gemakkelijk poriën.

Tegelijkertijd zal de afkoelsnelheid van het lasmetaal dienovereenkomstig toenemen, waardoor de plasticiteit en taaiheid van het lasmetaal afnemen. Het zal ook leiden tot een rand in het midden van de las, wat resulteert in een slechte vormgeving.

De lassnelheid is te laag: het smeltbad wordt groter, de lasrups wordt breder en de lasnaden lopen over. Het gas in het smeltbad kan gemakkelijk ontsnappen door de lage lassnelheid. De metaalstructuur van de las is dik of doorgebrand door oververhitting.

Bij het selecteren van lasparameters moeten de volgende voorwaarden in acht worden genomen: de las ziet er mooi uit en vertoont geen defecten zoals doorbranden, ondersnijdingen, poriën, scheuren, enz. De smeltdiepte wordt binnen een geschikt bereik gehouden. Het lasproces is stabiel en de spatspanning is gering. Er was een ritselend geluid te horen tijdens het lassen. Tegelijkertijd moet de hoogste productiviteit worden bereikt.


Plaatsingstijd: 10-03-2025